De oude dichter en schrijver van verhalen
over stoere Romeinen en wilde kannibalen,
wordt week van hart als hij denkt aan Madelief,
een boerendochter met goudblond haar en blauwe ogen.
Met haar koeien loopt zij naar een wei, waar vers gras groeit en aan de slootkant witte madeliefjes en een
gele waas van boterbloemen
Een lint van bonte vlinders zwiert in de lentezon.
Madelief, blij met haar taak als koeiendrijver
wist niets over het hart van de oude dichter, schrijver.
Door liefdesverdriet at hij zich langzaam kogelrond
en ongezond, kon hij niet meer schrijven!
Wanneer je ergens in ons mooie land
een prachtig weiland ziet met stoere koeien
met aan de slootkant witte madeliefjes,
en een gele waas van boterbloemen,
zie ik in gedachten een jonge vrouw met goudblond haar, zijn liefste Madelief!
Atti Smit-Ran
Januari 2022